BASSO CONTINUO Het kloppend hart van het orkest
Vaughan Schlepp (kistorgel en klavecimbel)
‘Als vijfjarige had ik mijn eerste publieke optreden als pianist. Mijn ouders waren amateur musici: vader speelde blokfluit en gitaar, moeder piano en zang. Inmiddels werk ik ruim twintig jaar samen met Pieter Jan. In The Bach Orchestra of the Netherlands speel ik, afhankelijk van de uitvoering, op het kistorgel of het klavecimbel. Tezamen met de contrabas en de cello speelt mijn linkerhand de baslijn. Dit vormt de basis voor de hele compositie. Basso continuo, ofwel becijferde bas, is een soort muzikaal steno voor de toetsenist: de cijfers onder de noten geven aan wat je eventueel met je rechterhand zou kunnen spelen.
De baslijn speel ik dus met mijn linkerhand (deze noten staan vast) en mijn rechterhand partij wordt geïmproviseerd.
Gelukkig heb ik al jong een goede theoretische training gehad als pianist en dit maakt de weg vrij voor het creatieve proces bij het basso continuo spelen. In een kleine orkestbezetting, zoals bij Pieter Jan, kies ik mijn noten voorzichtig. In de loop der jaren weet ik door ervaring wat bij deze groep past. Gelukkig geeft hij mij de creatieve ruimte voor wat betreft mijn rechterhand uitwerkingen. Hoe vaak ik de Matthäus Passion ook speel, het blijft inspirerend: de harmonische en melodische rijkdom, de tekstschildering... het stuk zit meesterlijk in elkaar en verveelt werkelijk nooit!’
Linda Paulino (contrabas)
‘In mijn geboorteland Mozambique woonde ik tegenover een muziekschool. Op mijn negende nam een buurmeisje mij mee naar haar muziekles, waar ik in een hoekje van de klas mocht meeluisteren. Een jaar later vroeg ik aan mijn moeder of ik ook lessen mocht volgen. Vervolgens speelde ik eerst dwarsfluit, maar moest daarmee stoppen vanwege ademhalingsproblemen.
Op mijn twaalfde verhuisde ik naar Lissabon, alwaar ik de contrabas leerde spelen. In het begin vond ik dat niet leuk, het was hard, alsof ik aan het hout zagen was. Maar de contrabas was het enige beschikbare instrument. Gaandeweg werd ik beter en begon ik het leuk te vinden.
Uiteindelijk studeerde ik vier jaar in Maastricht (bachelor) en twee jaar in Amsterdam (master).
In 2014 vroeg onze concertmeester Igor Ruhadze of ik acht Matthäus Passionen mee wilde spelen met The Bach Orchestra of the Netherlands. Nu draai ik de hele tournee mee. Samen met Vaughan (orgel) en Caroline (cello) ondersteunen wij de stemmen en de overige instrumenten. We zijn het fundament van het orkest, waarbij ik degene ben met het laagste register. Dit hoor je bijzonder goed bij de woorden van de evangelist: ‘Und die Erde erbebete…’, waar het schudden van de aarde wordt uitgebeeld. Ook de alt aria ‘Sehet’ heeft een bijzonder mooie baslijn. De Matthäus Passion is een meesterwerk, elk concert hoor ik weer iets nieuws. Het zal nooit saai zijn. En bij de laatste aria ‘Mache dich, mein Herze, rein’ voel ik iedere keer letterlijk de opluchting: alles is oké, alles komt goed!’
Caroline Kang (cello)
‘Ik kom uit een muzikaal gezin. Mijn moeder was zangeres en mijn vader speelt piano. Zelf ben ik van piano via de klarinet bij de cello uitgekomen. Ik begon de cello te spelen op mijn elfde, wat eigenlijk best laat is voor strijkinstrumenten. Snaren zijn als taal: hoe eerder je begint, hoe makkelijker het is. Ik heb tot 2007 in de USA gewoond en ben toen naar Den Haag gekomen om, aangemoedigd door een leraar, me verder te verdiepen in barokmuziek. Hoewel ik in de USA ook al professioneel barokmuziek gespeeld had, wilde ik meer studie, omdat ik me erg aangetrokken voel tot het bijzondere geluid van barok-
instrumenten. Sinds 2014 speel ik bij het barokgezelschap van Pieter Jan.
Ik vind mijn partij in de Matthäus Passion het mooist: samen met het orgel begeleid ik de evangelist. In aria’s is het alsof je met de cello, het orgel en soms de contrabas een stem toevoegt. Ik ben niet religieus, maar als ik de Matthäus Passion hoor, kan ik haast niet geloven dat een mens dit gecomponeerd heeft. Er zijn gewoon geen woorden voor de grootheid van Bach. Hij heeft zoveel lagen in dit stuk gelegd en neemt je stap voor stap mee. Het maakt me nederig, dit werk is zo briljant.
The Bach Orchestra of the Netherlands bestaat uit musici van veel verschillende culturen. Pieter Jan probeert mensen te combineren op de best mogelijke manier, hij overweegt alles heel zorgvuldig. Als celliste ondersteun ik de zangers. Ik zie het als mijn taak om anderen er beter uit te laten zien!’